Terug

De baby met zuigverwarring

Het zuigen aan de borst is geheel verschillend van het zuigen aan een kunstmatige speen, wat bij enkele baby’s tot zuigverwarring leidt. Deze baby’s kunnen na het zuigen aan een kunstmatige flessenspeen of fopspeen niet meer of niet meer effectief aan de borst zuigen.

Hoe jonger de baby is, des te groter is het risico dat hij zijn zuiggedrag niet meer kan omschakelen. Daarom wordt in veel ziekenhuizen afgezien van onnodig bijvoeden met de fles en indien nodig vaak als alternatief een speciale baby­beker, bijvoorbeeld de Easy Cup, gebruikt.

baby met zuigverwarring

Als de fopspeen wordt gebruikt om de voedingen uit te stellen, dan bevredigt de baby zijn zuigbehoefte met de fopspeen. Daardoor zuigt hij minder aan de borst en bestaat het gevaar dat hij te weinig melk krijgt. Dit proces heeft een negatieve uitwerking op de vraag-aanbod-regeling. Daarom is het zinvol om ten minste in de eerste 4 tot 6 weken waarin de melkaanmaak wordt opgebouwd, af te zien van het gebruik van een fopspeen.